De Ocicat
Ontstaan
Het ontstaan van de ocicat voert terug tot het jaar 1964. Toen probeerde Virginia Daly in de USA een aby-point siamees te fokken door een sealpoint siamees te kruisen met een abbessijn. De jongen uit dit nest werden nogmaals gekruist met een siamees. In dit nest bevond zich een prachtig katje. Tonga. De dochter van de fokster vond dat Tonga wat betreft uiterlijk leek op een ocelot en stelde voor deze kruising ocicat te noemen. Later werd ook een American shorthair toegevoegd. Dit ras bracht het zilver mee en is door zijn botstructuur verantwoordelijk voor de grootte en zwaarte van de huidige ocicat.
Accepteren van het ras
In 1966 werd de eerste ocicat bij de amerikaanse CFA geregistreerd. In 1984 richtten een aantal fokkers de "ocicat international" op. Na grote inspanningen van leden van deze organisatie kreeg de ocicat in 1987 de kampioensstatus. Vanaf dat moment was het niet meer toegestaan dit nieuwe ras met Siamezen of American shorthairs te kruisen. In 1992 werd dit ras door de FIFE erkend. Inmiddels is er een halve eeuw voorbijgegaan sinds mevrouw Daly Tonga heeft ontdekt. Ondertussen is de ocicat een volwaardige en op grond van zijn natuurlijke schoonheid-en zijn unieke genetische samenstelling, maar vooral vanwege zijn karakter en gedrag, een bijzonder kattenras geworden. In het begin van de negentiger jaren is de ocicat in Nederland geïntroduceerd. Ocicatten zijn geïmporteerd uit Amerika, Finland, Zweden, Denemarken, Duitsland en Australië. Dat betekent dat momenteel voldoende bloedlijnen aanwezig zijn om enige jaren zonder problemen ocicatten te fokken.
Gezondheid
Naar ons beste weten zijn er geen genetische problemen die specifiek betrekking hebben op ocicatten. Het besluit van de CFA de kruising met abessijnen tot het jaar 2030 toe te staan, waarborgt het ontstaan van nieuwe bloedlijnen.
Uiterlijk van de ocicat
Bij ocicatten worden niet alleen gevlekte kittens geboren maar ook met een blotched of een effen (solid) patroon. Ook zij hebben het eenmalige karakter en de lichaamsbouw van de ocicat en zijn beslist niet minder leuk en mooi. Ze zijn echter minder geschikt voor kattenshows.
Het patroon van de vacht van de ocicat is zeer bijzonder. Bijna alle haren zijn gespikkeld. Daardoor vormen de donkere haaruiteinden een vlek, meestal in de vorm van een duimafdruk. Grote vlekken zijn beter dan kleine en aan beide zijden van het kattenlichaam moet een grote vlek te zien zijn: de zogenaamde "bulls'eye".
De ocicat kent 12 kleuren: tawny, chocolate, cinnamon, blue, lilac en fawn en dezelfde kleuren in zilver. De ocicat is een middelgrote tot grote kat. Is gespierd en stevig, tegelijk echter elegant. Het vrouwelijke dier weegt tussen 3,5 en 5 kilo. De katers kunnen tot 8 kg. wegen. In verhouding tot de elegante indruk die men van ze krijgt, is de ocicat verrassend zwaar. De vorm van de kop is iets hoekig met een niet te lange of korte neus. De oren zijn redelijk groot en liggen bijna in een lijn met de rest van de kop. Een kleine vlek op ieder oor is zeer gewenst. De ogen van dit dier zijn wondermooi en normaal zijn alle kleuren, behalve blauw toegestaan. Ocicatten kunnen de kop zeer ver draaien. Ze houden ervan iemand de rug toe te keren en dan over de schouder te kijken.De poten zijn middellang met stevige ovale voetjes. De achterpoten zijn langer dan de voorpoten. De staart is relatief lang en aan de punt donkerder. De pels is kort, glad en glanst als zijde. Het voelt zeer zacht aan en moet niet wollig of te lang zijn.
Hoe mooi de ocicatten ook zijn, je moet een ding goed bedenken. De essentie van een ocicat is niet op een plaatje te vangen. Een ocicat moet je ervaren.